Het teeltprocesTerug naar thema overzicht >
Het landbouwproces start met de keuze van het zaad, de rijstsoort moet immers passen bij de omgeving. Hierna wordt het land voorbereid: dit houdt het omploegen van de bodem in. Daarna wordt de bodem gelijk gemaakt.
Het vestigen van het gewas in de bodem kan op drie manieren gebeuren. Men kan de zaden direct zaaien in droge bodems, men kan de zaden laten ontkiemen en dan pas verspreiden in modderige bodems of men kan de zaden in kwekerijen laten opgroeien en daarna deze zaailingen overplanten op een nat rijstveld. Hierna kan het gewas groeien en zijn zaden, de rijstkorrels, produceren. Tijdens de groei wordt er aan waterbeheer, bemesting en bestrijding gedaan om de plant optimaal te laten ontwikkelen.
Wanneer de rijst rijp is, wordt deze geoogst, dit proces kan machinaal of handmatig gebeuren. Eerst worden de planten afgesneden, daarna worden ze gedorst: het graan wordt gescheiden van de stengels. Hierna heeft men ruwe onbewerkte of ‘padie’ rijst. Daarna worden de korrels gereinigd en vervoerd.